HSP blog: Glitterslippers

Ze konden echt niet meer, die oude slippers: te klein en versleten. Ik dacht dat kan wel even snel tussen het thuisonderwijs door kon, nieuwe slippers. Ik had al goed uitgevraagd wat mijn zoons wilde hebben en ging al bijna op pad toen mijn zoons toch wel heel graag meewilde. Voor het tv-tje in de winkel, natuurlijk. Prima. Maar terwijl ik de slippers bij hun paste en ze de kleurkeuze voorlegde, om ze toch wat keuzevrijheid te geven, kreeg ik een harde ‘nee’ van mijn oudste zoon te horen. Hij wilde de duurste en naar mijn idee spuuglelijke slippers. Ik was totaal overrompeld en voelde de boosheid in me opkomen. Mijn zoon die zich met zijn ‘nee’ onbewust in een kritisch ouder veranderde drukte mij met al zijn energie in het aangepaste kind. Blij dat de boosheid bij mij zich niet uit in een soort griekse tragedie, maar ik van nature ben uitgerust met de eigenschap rust maakte dat ik kon schakelen naar mijn volwassenrol en ik hem feedback kon geven. Dat is het ondankbaar van hem vond en dat ik er boos en verdrietig van werd. Niet dat dit zijn mening veranderde, maar mijn boosheid zakte een paar punten, zodat ik zijn mening kon horen. Ik overwoog mijn opties, doorzetten: ik zou met de slippers naar huis gaan die we van te voren hadden bedacht, maar wist dat me dat maar voor even winst zou opleveren….Naar huis gaan zonder slippers, misschien voelde het wel of hij had gewonnen, maar het ergste: we hadden geen slippers en ik moest nog een keer terug….om mezelf wat rust te geven liep ik doelloos de winkel door en werd getrokken naar het meisjes-schap. Daar staan de artikelen waar mijn zoon zich het meeste op zijn gemak voelt. Ik liet hem zwarte sandalen met zebraprint zien die daar stonden, als compromis. Hij werd al enthousiaster maar toen hij zilveren glitter-slippers zag, was hij verkocht.

een hsp-blog: glitterslippers

De blijdschap in zijn gezicht sprak boekdelen. Nu kwam de kritische ouder in mij op bezoek. Dit waren toch echt meisjesslippers en ik voelde wederom boosheid in mij opkomen. Boosheid op de winkel, mijn zoon en natuurlijk op mijzelf. Dat ik niet zo gender-neutraal was als ik wilde zijn. Dat ik hem wil beschermen voor pesterijen van kinderen en de druk van de maatschappij. Maar gelukkig op tijd besefte mijn volwassenrol, dat er misschien wel een moment komt dat hij voor blauwe slippers gaat, maar dat dit moment van hemzelf moet komen en niet gestuurd door zijn liefdevolle moeder.

We verlieten de winkel met fonkelende glitter-slippers. Maar mijn zoon sprankelde meer. Op de terugweg bood ik hem mijn excuses aan, dat ik niet meteen naar hem had geluisterd, maar dat ik wel blij ben dat we slippers hebben gevonden die we allebei mooi vinden. ‘Het geeft niet, mam’ en een knuffel maakte dat ik weer wat van mijn emoties losliet. Thuis op mijn tuinstoel overdacht ik het eens en dacht terug aan de tijden dat bij schoenen kopen de maat bepalen het lastigste onderdeel was. Maar mijn vrije kind dacht: nog drie maten en dan kan ik ze ook aan!

HSP-blog: een spelletje

Weer een blog over mijn leven als HSP-mama.

Verbazing, frustratie en dan opeens totale machteloosheid, woede, verdriet, ontgoocheling. Dat gebeurde met mij in een split-second terwijl ik met mijn zoontje, stond te kijken naar het vernielen van een bordspelletje, door een vriendje van hem. Op zich is het natuurlijk helemaal niet erg als iets stuk gaat, daar wen je wel aan als je kinderen hebt. En ik ben gelukkig wel zo slim dat ik ze niet laat spelen met de glazen vaas die ik van mijn oma kreeg. Maar het feit dat bij het eerste hoorbare gekraak van scheurend karton van het speelbord, omdat die nu eenmaal gemaakt zijn om op 1 manier te vouwen, hij gewoon doorging en het bij hem niet het stopsysteem inzetten, en vervolgens het hele bord in flarden scheurde, deed nog net niet mijn mond openvallen. Terwijl, ik van binnen kookte heb je dit aan mijn uiterlijk heb je dit waarschijnlijk niet gezien. Mijn hele stresssysteem was gericht op freeze en er kwam vrij weinig reactie uit. Het enige wat ik eruit kon persen was ‘…ik merk dat ik er verdrietig van wordt…’, commentaar wat bij mijn HSP-kinderen heel goed zou vallen (en meestal zelf al zo schrikken dat meer totaal niet nodig is), maar bij hem niet. Ik kreeg een verbaasde blik, en nog even te horen dat de rest van het spel toch nog heel was, dus dat ik niet zo moeilijk moest doen. Ontzet, maar vooral machteloos, voelde ik me kleiner worden dat de pionnetjes in de doos. De druk dat we over een kwartier bij de sportles van zoon 1 moest staan maakte dat ik in actie kwam en hem naar huis bracht, maar mijn inside world was een emotionele game.

Thuis gekomen was is nog van slag, niet dat het spelletje kapot was, maar vooral van mijn eigen reactie. Ik ging aan de slag met de reparatie van het speelbord en pakte de lijm. In precieze maakte ik lijntjes van het witte goedje en volgde de randen van de breuklijn, niet te dichtbij dan zou het eruit komen, niet te ver weg anders was er juist te weinig lijm op de plek dat nodig was. Natuurlijk kwam bij het aandrukken de lijm er aan twee kanten uit, en waren mijn vingers het enige in de buurt om dit op te vangen. Later bracht een doekje soelaas en bleef er alleen een beetje glim over op het bord. Ach ja, het kon wel wat shine gebruiken. Terwijl ik op zoek ging naar boeken die de druk konden uitoefenen op het bord werd mijn druk al wat minder. Het bovenste boek ging toevallig over flow…en herinnerde dat ik niet mijzelf moest veroordelen. Dit dichte de wond in mij al een beetje. Toen kwam mijn zoon, die ook geschrokken was naar me toe. Hij vond het heel erg. Mijn reactie was oprecht: ‘Het is maar een spelletje’. De knuffel die hij daarna gaf zorgde dat er onder verdoving 3 hechtingen werden gelegd in mijn hart. Met gouddraad. Ze zijn niet oplosbaar en gewoon zichtbaar, maar het is oké. Ik ben er eigenlijk alleen maar mooier op geworden.

Blog: een lied

Mijn hoofd heeft zich aangepast aan het weer deze ochtend. Ik voel me als mist, ik zie het wel maar het gaat wat trager. Aangezien mijn wekker zich niet aanpast aan mijn vertraagde ritme kom ik na een zoektocht in mijn huis naar gymbroeken, in een soort geocaching langs alle logische plekken in huis, net iets te laat beneden voor mijn ontbijt. Terwijl het er ’s ochtends nogal zwijgzaam aan toe gaat bij ons in huis en iedereen zijn rol heeft in een soort ochtend ontbijt-dans, liep het door mijn late aankomst natuurlijk net wat anders. Zoon 1 was al zijn tanden aan het poetsen en in een heftige vragenvuur gewikkeld met zijn vader over belangrijke wetenschappers in de geschiedenis. Aan de ontbijttafel zag ik zoon 2 die net de oorlog had verklaard aan de chocoladepasta-pot en zijn mes gebruikte als wapen. Het was amper acht uur en ik zat in een meerstemmige live-uitvoering van Bohemian rhapsody. Aan de ene kant ‘Galileo, Galileo’ en aan de andere kant ‘Mama, Mama’. Deze ochtend eindigt niet op 1 van de Top 2000.

Met twee kinderen in een ontdekkende leeftijd heb ik het idee dat ik soms beter kan aangesproken worden met SIRI in plaats van mama. Ik begrijp dat ze er heel veel van leren, maar soms wordt ik er ook enorm onrustig van een spervuur aan vragen en wordt onzeker omdat ik ook niet alles weet of hoe ik het handig kan vertellen voor kinderbreintjes. Ook de timing laat hier nogal de wensen over…Seks kan makkelijk besproken worden in de winkel (met op de achtergrond rollatorbesturende oma’s die mij met nieuwsgierige ogen aankijken hoe ik dit nu ga oplossen, waarschijnlijk het enige vermaak van hun dag) en grote levensvragen kunnen ook nog net voor het slapen gaan worden geuit. En als ik me, in een onzeker moment, vergrijp naar zelfhulp-opvoedboeken, lees ik van die adviezen: van gewoon van op het niveau je kind, met van die mooie Sanderijn van der Doef-achtige bedekte termen. Maar die komen bij mij gewoon niet altijd spontaan binnen vallen..

Maar soms lukt het onbewust wel: Bij de volgende maaltijd met mijn kinderen die dag, de avondmaaltijd, wordt het lied in c-mineur gezongen. Mijn oudste zoon maakt zich ernstige zorgen over het Corona-virus en voelt zich beperkt in zijn mogelijkheden. Na wat inleiding vraagt hij wanhopig: ‘Gaat het dan nooit voorbij?’ Ik vroeg me af wat Google hierop zou antwoorden. Iets over vaccins en kansberekening. Ik zocht die avond het antwoord bij Boudewijn en ik begon, misschien wel uit onmacht, te zingen: ‘Alles gaat voorbij, en ik geloof’, mijn oudste zoon deed mee (en liet mij verbazen dat hij de tekst kende) en we zongen samen… ’ik geloof, ik geloof’ ook mijn jongste deed nu mee ‘…ik geloof, ik geloof in jou en mij’. Ik merkte dat dit het enige juiste antwoord was, de verbinding die we voelde krikte de sfeer meteen op. Het eeuwenoude spel tussen wetenschap en geloof werd die dag aan mijn keukentafel gespeeld. Mijn lied was dan misschien niet het antwoord wat hij zocht, maar wel wat hij nodig had. En daar kan geen zoekmachine tegen op.